Oom Tollaway (all the way)

Home  >>  blog  >>  Oom Tollaway (all the way)

Oom Tollaway (all the way)

18
nov,2019

off
  blog

Nu ken ik mijn oom pas 44 jaar maar ik weet zeker dat als je een willekeurige bekende van hem vraagt wat hij of zij zich herinnert van mijn oom, je toch even moet gaan zitten. Iets in de trant van: “meisje, kom even tegenover mij zitten”. Toen ik niet lang geleden mijn moeder als 44-jarige dochter huilend opbelde want oom Tollaway lag er echt slecht bij, gaf ze mij de volgende wijze woorden mee. Ze zei: “we moeten loslaten”. Ik luisterde naar haar woorden en dacht: dat klopt. We moeten loslaten. Mijn vader zei namelijk altijd: “er is een tijd van komen, en een tijd van gaan”. En ik weet niet zeker of ik geloof in het hiernamaals maar als er wat is, kan ik je zeggen dat mijn vader er samen is met oom Tollaway (kort: oom Toll).

Oom Toll is officieel geen oom. In de Surinaamse en Antilliaanse cultuur noem je een goede vriend van je ouders namelijk niet bij de voornaam maar is het automatisch een oom of tante. Maar deze oom was speciaal. Hij was namelijk dé beste vriend van mijn vader. En met beste vriend bedoel ik dan ook oprecht, allerbeste vriend. Ze leken op elkaar. Ze spraken hetzelfde. Ze lachten om dezelfde dingen. Ze steunden elkaar letterlijk door dik en dun. Ze lieten elkaar nooit, maar dan echt ook nooit in de steek. Welke keuze ze ook maakten in het leven: ze waren er voor elkaar. Wat anderen ervan vonden, interesseerde ze niet: ze waren er voor elkaar. Toen mijn vader zeven jaar geleden overleed, huilde oom Toll het allerhardst. De dag voor mijn vader overleed belde mijn oom mijn vader zeker vijf keer achter elkaar. Mijn vader slipte steeds in een diepe slaap maar op een gegeven ogenblik zei ik tegen mijn vader dat hij hem echt te woord moest staan. Met een vrij krachtige stem hoorde ik mijn vader tegen zijn beste vriend zeggen dat hij echt niet hals over kop hoefde te komen. Dat hij écht niet zomaar dood zou gaan. Nog geen 24 uur later was hij er niet meer. Oom Toll was eigenlijk de eerste die ik belde. Ik moest het hem zeggen, het was geen gemakkelijke taak. Tot zijn dood, precies twee weken geleden, heeft hij het er steeds over gehad. Hij voelde zich in de steek gelaten door mijn vader; mijn vader had hem niet toegestaan te komen. Maar ik weet zeker dat mijn vader niet wilde dat hij erbij zou zijn toen hij zijn laatste adem uitblies. Sterker nog, mijn vader wilde niet eens dat ík erbij was toen hij overleed.

En zo overleed mijn vader: mijn oudere zus was er wel en sliep bij hem op de kamer. Net op de dag dat ik een avondje thuis ging slapen om bij te komen. Echt slapen deed ik niet maar mijn vader besloot om weg te glijden terwijl niemand anders zijn hand vasthield. Ook zijn beste vriend niet. Oom Toll verhuisde naar Nederland en woonde in Rotterdam. Als het even kon, ging ik er heen. Mijn oudste kind woont er namelijk ook dus op 1 of 2 keer na, combineerde ik altijd een bezoek aan mijn dochter met een bezoek aan oom Toll. Toen mijn vader overleden was, was oom Toll toch vader 2.0 geworden: mijn pleegvader, mijn surrogaat vader. Iedere keer als ik het had over mijn vader, moest oom Toll toch eventjes huilen. Iedere keer! Ik huilde altijd met hem mee. Hij bleef het er moeilijk mee hebben en pas afgelopen week kreeg ik van zijn vrouw te horen dat de zondagen het moeilijkst voor hem waren omdat dat de dagen waren dat ze elkaar belden. Iemand die zeven jaar lang, op de zondag rouwde om zijn beste vriend.

Afgelopen februari vroeg ik mijn moeder of ze iets moois van mijn vader had om aan oom Toll te geven. Ze ging even rommelen in de badkamer en kwam terug met mijn vader zijn portemonnee. Waar mijn vader was, was zijn portemonnee. Overal nam hij het met zich mee. Zelfs ik had het al een tijd niet meer gezien maar hield het nu stevig tegen mij aan toen ik het per vliegtuig mee terug nam naar Nederland. Ik pakte het mooi in en gaf het op een koude dag in maart aan mijn oom. Hij heeft er zes maanden van kunnen genieten want toen belandde hij in het ziekenhuis. En kwam hij er nooit meer uit. Ik heb veel tranen gelaten over oom Toll: hij moest nog echt onder ons blijven! Waag het niet om weg te gaan! Je bent alles wat ik nog heb van mijn vader! Tot hij op een dinsdag zijn laatste adem uitblies. Zijn vrouw hield mij steeds op de hoogte hoe het met hem ging, of hij onrustig was of niet, of hij nog naar huis kon komen. Ik stelde voor om een dag dan thuis bij hem te blijven als het de familie uitkwam maar hij kwam nooit meer naar huis.

Oom Toll overleed op een dinsdag en werd gecremeerd de woensdag erop. Ik hoopte vurig op een afscheid in het weekend want ik had verplichtingen die ik niet af kon zeggen de dinsdag en woensdag daarop. Ik had ook niet verwacht dat het even zou duren voor het afscheid zou plaatsvinden maar het gebeurde toch. En zo kon ik er niet bij zijn. Ik liet weer een hoop tranen tot mijn moeder weer tegen mij zei: alles gebeurt voor een reden. En toen liet ik het rusten.

Net als oom Toll is gaan rusten. Oftewel: stennis aan het schoppen is samen met mijn vader, andere vrienden en mijn ooms. Hij zag er tot op het laatst geweldig uit. En ik mis hem nu al. Er is een tijd van komen, en een tijd van gaan. Ik luister naar mijn vader zijn woorden maar zeg er ook eerlijk bij dat ik het helemaal niets vind. Oom Toll is er niet meer.

Ik eindig deze blog met iets moois. Oom Toll is namelijk het afgelopen jaar mij af en toe gaan bellen. Waarschijnlijk als ik iets te lang niet was geweest. Iedere keer als ik hem belde, of hij mij belde, of ik bij hem langs was geweest zei hij met een zachte stem: “ik hou van jou”. Het was net alsof mijn vader het in mijn oor fluisterde, zó zacht zei hij het. Maar ik verstond hem iedere keer. Enkele dagen voor hij overleed, sprak ik zijn vrouw. Ik zei: “als je zo bij oom Toll langs gaat, wil je in zijn oor fluisteren dat ik van hem houd?” En dat deed ze ook. Afgelopen weekend kreeg ik de bevestiging dat hij mij gehoord heeft. De tranen zullen blijven vloeien. Maar we zullen blijven lachen als we aan hem denken. Want het leven moet gevierd worden en wát een bevlogen leven heeft oom Toll gehad. Oom Toll, bedankt voor je vervangende rol toen papa overleed. Bedankt voor de vriendschap die jullie gehad hebben, gekoesterd hebben, gewaarborgd bleef tot op de laatste dag. Ik mis je nu al maar jouw vergeten is absoluut onmogelijk…

Comments are closed.